I put the pedal to the floor and I drive, El Camino

8 juli 2021 - Cueva Las Manos, Argentinië

Als Frenkie’s dorst weer (beej ut meist billige tankstation det we tot nu toe hebben gezeen)  is gelest gaan we verder op de Ruta 40 (en zweie we de lange riej met lifters oet. We hebben ondanks de opruming nog steeds neet voldoende plek helaas). Gezien we over een paar dagen een sollicitatiegesprek (naja sollicitatiegesprek, ze meuge blie zien det weej op gesprek komme hahah…) hebben in Chili, zit er niets anders op dan even vaart maken. Ten minste voor zover dat wordt toegelaten door de weg.

Vis 

De lange weg Uitzicht

Nooit vermoeiend Man te paard Frenkie met een aanhangwagen

In eerste instantie is de weg nog prima verhard (en prachtige slingerweag langs de rivier aaf, neet indgedamt doar de mins, en met un bietje jaloezie kiek ik noar elke fietser dea weer en wind trotseert in deze magistrale umgeving). Hij gaat weliswaar met bochten door de bergen, waar veel wind staat maar het zonnetje schijnt en het uitzicht wordt nooit vermoeiend ( neh echt neet). Af en toe komen we een paar kunstwerken tegen langs de weg, waar zelfs Frenkie mee mag poseren.

Na meerdere platgereden varianten, of momenten dat Pleun achter het stuur zat en Jan dus niet oplette, was dan eindelijk het moment ook voor Jan daar, om kennis te maken met een levend gordelbuikdier (ut heat ff gedeurd maar dan heb ik um eindelijk leavend in ut wild gezeen). Het beestje kroop langs de kant alsof hij zich niets van ons aantrok en liet zich rustig fotograferen zolang we maar afstand hielden. Super tof, om deze van zo dichtbij in het wild te kunnen zien.

Alsof het de normaalste zaak van de wereld is Het gordelbuikdier Poseren

We rijden door en al snel verschijnen ook weer de bordjes met ‘Zona de Baches’ wat niet minder betekend dan zone vol kuilen (kraters). We wisselen om de twee uur achter het stuur tot we uitkomen op de oude Ruta 40. Hier had Jan al over gelezen op IOverlander en het stond hoog op zijn verlanglijstje om deze te rijden. Zo geschiede, dus na een korte lunch mocht Jan de weg betreden. Hiermee is alles dan ook gezegd want het was alleen maar zand, stenen en kuilen ontwijken. Het verraste ons dan ook niet dat halverwege de weg onze snelheidsmeter overleed (al haperde deze al vanaaf ut begin van de daag, maar nou ware echt aaf). Gelukkig betekent dit enkel dat je geen idee hebt hoe hard je rijd, op een zandweg met verder geen verkeer dus geen probleem. (tis unne kilomeaters lange onverharde weag. Prachtig um te rieje. De meiste minse hebbe ouk deape respect veur dit stukje weag en motoren kroepe op dit stuk veurbeej. Op unnen enkle dieknek met unnen te dieke auto wiekt idderein netje veur elkaar en proberen zo min meugelijk stein te laote opspringen. Op deze weag kriegse nog un bietje det geveul wat andere enkele joare geleaje nog hulemoal tot aan Ushuaia hebben gehad. Geduld, stuurmanskunst en respect veur de weag.

Zona de baches Dit viel nog mee View Laatste stukje

Oeteindelijk bereike we wear de verharde weag en kenne we als kraters ontwiekend doorrieje noar ozze bestemming. Wel zien we aan ut kieke of we onderweag nog ergens un sloapplek kennen vinden. De onverharde weag heat nogal veur wat oponthald gezurgd. Op un oar veur ozze bestemming, en de letse 20 kilomeater zien ouk onverhard, komme wee ut tankstation drup Bajo Caracoles. We taste un bietje aaf of en waor we de auto kenne parkiere maar ut durp veult aan als un soort durp woar onbekende en verdwaalde reizigers verdwiene dus besloete we door te rieje. Pleun heat ut neet echt in de gate maar ik zeen det Frenkie weer dorst  begint te kriege. We meuge nog zeker 400 kilomeater rieje tot ut volgende tankstation en det geit Frenkie net wal of net neet redde. Tuurlijk zien we goad verubereid met extra diesel maar toch, ut perfecte moment um te testen wie ver we echt op ein tank kenne rieje. Met de zon in op de rug sloan we recht aaf ut letste eind richting de Cueva de Los Manos. De kens merken det we weer richting un trekplijster rieje want de weag is dan wal onverhard, toch kent Frenkie mekkelijk de honderd aantikken. Ut zand van de weag kleurt roëd en we rieje van de einde vallei noar de andere. Ut is net unne achtbaan maar dan wal eine dease zelf meug besturen. Met nog krap 10 minuten zonleag is ös eindputn in zicht. In unne oetloup van un hoarspeldboag parkiere we Frenkie en met un prachtig oetzicht bouwe Frenkie um en make we wear un prutje kloar. Wat unne prachtige daag!)

Slaappplaats De omgeving

28 op 29 januari 2020 Cueva de Las Manos

Na een redelijk gebroken nacht zijn we net klaar met het ontbijt, wanneer de eerste tourbus ons passeert. Cueva de las Manos (Grot van de Handen) is een grottenstelsel en een archeologische locatie in de provincie Santa Cruz en staat sinds 1999 op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. De grotten bevatten een bijzondere collectie van grotkunst uit de periode van 13.000 tot 9500 jaar geleden. De naam van de locatie verraadt wat voor tekeningen er te zien zijn; vele menselijke handen. Maar ook zijn er afbeeldingen van dieren zoals een lamasoort (Lama guanicoe) die nu nog steeds in het gebied te vinden zijn. Verder ook veel afbeeldingen van de jacht. Voor ons genoeg reden om er een tussenstop van te maken, dus we sluiten (nog net) op tijd aan bij de mensen uit de tourbus.

Wandelpad

Gezien de gids enkel Spaans sprak, geen straf om tussen een groep Polen rond te lopen die af en toe stukjes vertaalden. We waren teleurgesteld over de graffiti die er op sommige plekken overheen was gespoten, maar het was een bijzonder beeld om alle handjes en tekeningen te zien. Zeker toen we ook nog een kudde Lama Guanicoe’s langs zagen lopen, waardoor je je een voorstelling kan maken van hoe de nomaden hier ooit hebben geleefd. Bijna prehistorisch (deze stond huul hoëg op de to do list en we meuge um eindelijk aafstrepe met un paspoortstempel als bewies!)

Daar zijn ze dan Tekeningen Bijna grafitti 

Afdrukken 

Tussen de handjesschuilen  Net te lang blijven dromenLas Manos Creatief Interessante locatie op zichzelf Samen Genietend Content hoofd tussen de handjes

Als we na een paar uur verder rijden door de heuvels horen we plots een flinke knal (Pleun ried gewuun vuul te lomp). Zodra ik in de achteruitkijk spiegel kijk zie ik un band een paar meter achter de auto liggen (hahaha, de reserveband waar losgerammeld) Blijkbaar waren de schroeven van het systeem waarmee hij bevestigd zat onder de auto zo aan het trillen geweest dat ze uiteindelijk los waren geschoten (Dan meug ik ut steur weer euverneame. Pleun is un bietje geschrokke maar det vindt ik neet erg. Wie we gister de weag opreaje had ik nog un moeie aaftakking gezeen. We rieje met un rotvaart de berg aaf en op de bodem van de vallei sloan ik rechtsaaf alsof we dr woene en rieje un flink stuk de vallei in. Ut is machtig um euver de onverharde weag tussen de bergen te rieje en alpachas te spotten. Bietje wie de gaucho’s te peard rondriej).

Indrukwekkende weg Schedels langs de weg OverblijfselenAdembenemend uitzicht Imposant Lama Guanicoe Speels

Vandaag rijden we door naar Chili, dus wederom is het een dag die we voornamelijk spenderen in de auto.

Standbeeld onderweg

Bij de grensovergang in Chili Chico worden we volledig doorgelicht (heaj ware we al veur gewaarschuwd). Bij binnenkomst werd er direct een camera op ons gericht, dus we proeven al dat de controle hier iets anders is. Bij het loket is de ambtenaar direct streng en vraagt ons verderop een formulier in te vullen voor we met hem in gesprek mogen. Braaf voeren wij deze opdracht uit om wederom nogmaals in de rij aan te sluiten, op de voet gevolgd door de camera natuurlijk (van un aafstandje stuit mevrouw os ongegeneerd te filmen). De ambtenaar is not ammused wanneer hij de formulieren ziet. Jan’s formulier kan hij niet ontcijferen, uit die van mij concludeert hij dat we de formulieren niet in hadden hoeven vullen, goh. (we zien pas 10 kier de grens gepasseerd). We krijgen een autocontrole. We worden richting de auto begeleid door een ambtenaar en de camera. Met drie man sterk komen ze de auto inspecteren. Ik wordt gevraagd om de backpacks te pakken en met één van de mannen naar een hok te gaan waar een x-ray staat. Jan mag ondertussen de halve auto leegtrekken (halve auto, ik heuf nog net neet de schroeve van de bank los te make), terwijl er twee mannen mee schijnen met hun zaklamp en alles van binnen en buiten controleren. Als ik terug kom bij de auto tref ik een teleurgestelde Jan aan. Al ons voedsel en de kookspullen hadden we namelijk opgeslagen in houten kratjes en deze hebben ze zojuist ingenomen omdat deze de grens niet over mogen. Wanneer ze ook de bedpootjes in beslag nemen sputtert Jan nog tegen, dat we deze nodig hebben om in de auto te kunnen slapen en dat deze bij de Chileense auto hoort. De ambtenaren zijn meedogenloos en gooien het zonder pardon weg. (Nazi’s, beej ut inpakke hebbe de vrouwelijk ambtenaren wel un bietje medelijde maar alles, echt alles mot weg). Niet veel later rijden we de grens over. Beiden een beetje flabbergasted en hongerig.

Wat er van de ooit opgeruimde auto overblijft na een grenscontrole

De auto is een bende, we moeten nieuw eten inslaan en zonder pootjes kunnen we vanavond niet in Frenkie slapen (Ha, we stoppe in ut dürp vlakbeej de milieustroat of wat doar veur daor mot gon. Zonder twiefel laup ik de stoart in neem twie blokke hout mei zoedet we in iddergeval weer in Frenkie kenne slaop. Os pakke ze neet!). Daarbij heeft deze grensovergang ons veel meer tijd gekost dan we hadden gehoopt waardoor we nog maar een paar uur hebben voor het donker wordt. (Frenkie begint inmiddels ouk weer te piepe en we weite neet woar dit an ligt. De weag noar ut volgende durp is un volledige onverharde bergweag van 100 kilometer dea lang ut meer aaflup. Prachtig um te rieje maar Frenkie kriegt weer un paar flinke optaters en rammelt weer volledig oetelkaar. Ut is unne echte Tank. Allein un bietje piepe maar toch onverstoord 100 kilometer doarknalle)

Onderweg Om Lago Gral Carrera heen Staarmodus Wat een mega meer Is hij weer.. Even genieten van het uitzicht

Op IOverlander vinden we camping Condor Viajeiro (in Puerto Guadal) met goede recensies dus we besluiten daar naartoe te rijden. Desalniettemin kunnen we het niet laten om onderweg nog stil te staan bij het prachtige Lago Gral Carrera (of lago Buenos Aires, ligt maar net aan welke kant van de grensse bis Ut zien neet echt vriende die Chilenen en Argentijnen) .

29 t/m 1 februari 2020 Camping Las Condor Viajero, Puerto Guadal

Camping Las Condor Viajero is een baken van rust, het grasveld ligt er vers gemaaid bij, er staan verschillende fruitbomen om ons te voorzien van schaduw en alle gemeenschappelijke ruimtes ogen splinter nieuw. Reden genoeg voor ons om er even wat langer te blijven.

Camping Las Condor Viajero

Puerto Guadal is op zichzelf een klein dorpje met praktisch niets. We hebben een supermarkt gevonden en er is een ‘van alles en nog wat winkel’ waar we kijken of we nieuwe kratjes dan wel pootjes voor het bed kunnen vinden, maar te vergeefs. We spenderen veel tijd kaartend en voorbereidend op ons sollicitatiegesprek in Chili. Volgens het meisje van de camping zou er dit weekend een bierfestival plaats vinden, dus we hebben het gehele dorp gezien op onze zoektocht naar het bierfestival, maar gezien het hele dorp volledig uitgestorven leek, betwijfelen we of het überhaupt door is gegaan. Daarnaast ontmoette we een Nederlands koppel van in de zestig, die op reis was met een gehuurde camper. Deze camper was alleen van Zuid-Amerikaanse kwaliteit dus hij lekte bij iedere regenbui, wat neer kwam op minimaal iedere nacht. We hebben nog gekeken of we ze ergens mee konden helpen, maar veel meer kennis dan zij hadden we helaas ook niet, dus we hielden het bij goede gesprekken. 

Wanneer Jan een mailtje krijgt van een bekende Nederlandse instantie met het dringende verzoek om de 7e  februari even fysiek langs te komen op hun vestiging in Venlo, veranderd onze mood (woarum kenne ze un hardwerkende jong nou neet vertrouwen. Noëit geklaagd en nou meug ik op bezeuk komme. Ut lukte bijna um ut bezeuk aaf te zegge maar unnen euver actieve ambtenaar stuit dr op det hea alles fysiek wil oetleggen).  Hoe gaan we dit aanpakken en wat zijn onze opties? Jan besloot een vliegticket naar huis te boeken voor 5 februari. Ik besloot niet mee te gaan en in Chili te blijven, gezien we net nog in Nederland waren geweest en ik het zonde vond van het geld. Wel ontzettend spannend. Op de camping is een Frans koppel gearriveerd van onze leeftijd. Beiden met een prima baan in eigen land, maar ook nog niet toe aan de volgende stap met het huisje, boompje, beestje. Dus ze hebben dezelfde keuze gemaakt als wij door hun huis en banen op te zeggen en naar zuid Amerika te gaan. Het schept direct een band, de tweestrijd om op reis te gaan terwijl je vrienden en vriendinnen druk bezig zijn met huizen kopen, trouwen en kinderen maken. We besluiten dan ook samen te eten en borrelen lekker na. De volgende dag staan we vroeg op om richting Puerto Montt te rijden en hebben we onze sollicitatie. Op de camping pakken we de laatste routebeschrijving er nog bij gezien we nu nog bereik hebben en besluiten we veel te vroeg te vertrekken in de stromende regen. We moeten namelijk nog wel een stukje en niets is zo vervelend als te laat komen bij een sollicitatiegesprek.

We hebben het sollicitatiegesprek met Alice en Lee, een Amerikaans koppel dat met vervroegd pensioen is gegaan om hun droom waar te maken en in the middle of nowhere een Alpaca boerderij te runnen. Hun oog is gevallen op een vallei in de buurt van Villa Cerro Castillo. Tegenwoordig spenderen ze de zomermaanden in Chili en gaan ze terug naar Amerika wanneer het afkoelt. Zodoende zouden wij van maart tot en met oktober mogen passen op hun boerderij wanneer zij weg zijn. Voor ons natuurlijk een prachtige kans, die we met beiden handen aangrijpen.

Regen, regen, regen Creativiteit spat er vanaf Paard op de weg Spannend bruggetje

Zoals die dingen gaan, blijft het gedurende de hele rit met bakken naar beneden vallen. Desalniettemin vinden we de omgeving prachtig. Gezien de boerderij in the middle of nowhere ligt is de route wat uitdagender, gelukkig heeft Alice ons een gedetailleerde omschrijving gegeven compleet met zinnen als: ‘Cross that bridge and continue about 5 km up the mountain.  Do not turn off to your right; when confronted with a choice, stay left.’. Waar we alleen maar nieuwsgieriger van worden. Gezien de regen val is de zandweg alleen slecht begaanbaar, zeker wanneer we stijl omhoog moeten, besluiten we even van plaats te wisselen. Met samengeknepen billen rijd Jan omhoog, elke keer weer nieuwsgierig wat er nog meer gaat komen, tot we op ongeveer een kilometer afstand zijn van het huis en beseffen dat als we met Frenkie deze heuvel naar beneden gaan, we hem van z’n lang zal ze leven niet meer naar boven krijgen. Zodoende besluiten we naar het huis te lopen.

Frenkie houd de wacht

De Boerderij bestaat uit 2 delen, een huis waar Alice en Lee zelf wonen bestaande uit verschillende koepels van klei die op elkaar aansluiten. Aan de andere kant van het meer staat een houtenhuis op palen voor de ‘caretakers’. Onder het huis liggen de bootjes al klaar om naar the main house te varen. We ontmoeten Alice en Lee die enthousiast zijn om ons te zien. Alice neemt mij meteen mee op sleeptouw om uit te leggen waar alles staat, wat ze van ons verwacht en hoe fijn ze het vindt om eindelijk weer in het gezelschap van een andere vrouw te zijn. Ondertussen legt Lee uit hoe de boten werken en welk gereedschap hij allemaal heeft om te peilen of Jan ermee bekend is en in staat is om hiermee te werken. Uiteraard bluft Jan zich hier prima doorheen. Met het bootje varen we door de regen naar de overkant van het meer waar het main house staat. We maken kennis met de hond en de katten en lopen door de kas om te kijken naar de plantjes. We ontmoeten de Alpaca’s en mogen ze voeren, alleen al voor deze ervaring was deze kennismaking de moeite waard. Hoewel Alice en Lee typisch Amerikaans zijn en we nog een maand samen zullen spenderen voor ze terug vliegen naar Amerika zijn we ontzettend enthousiast. Er lijkt een leuke klik te zijn tussen ons en we maken al plannen wat we in dat half jaar zouden willen doen, naast het verzorgen van de beestjes. Zo is er een wandelroute langs het meer, wat weer vrij gekapt zou mogen worden en Alice droomt ervan dat de route gemarkeerd wordt met bordjes of beschilderde stenen. Daarnaast zijn er nog wat reparatie klusjes en zouden verschillende dingen nog wel een likje verf kunnen gebruiken. Wij hebben er in ieder geval zin in. Het enige wat ik nog wat spannend vind is de bereikbaarheid, gezien we met Frenkie niet bij het huis kunnen komen, laat staan wanneer het gesneeuwd of gevroren heeft en er is praktisch geen verbinding met de buitenwereld omdat ze simpelweg geen bereik hadden. Ik kreeg al horror ideeën dat Jan zijn teen, of erger, eraf zaagt met de ketting zaag en ik hem met de boot naar het vaste land moet begeleiden en dan omhoog mag dragen richting Frenkie in de hoop dat die start. Jan gaf terecht aan dat hij nog nooit zijn teen eraf had gezaagd en dat een half jaar ruim voldoende tijd was om mij bij te scholen op het gebied van EHBO.

Zodoende gaven we aan dat we de job graag wilden. De volgende dag kregen we echter een mailtje van Alice dat een Chileense jongen uit Santiago vrijdag overvloog om proef te draaien, gezien hij al ervaring had als care taker en de taal beheerst leek het hun een goed plan om eerst met hem kennis te maken. Als Jan weer terug was in Chili konden ze ons laten weten wat ze zouden besluiten.

The journey continues Volg de regenboog naar Argentinië Achter elke bocht..

Desalniettemin reden we enthousiast weer door richting de Argentijnse grens. Deze keer had Jan een klein grenskantoor gevonden waar de douane niet minder streng waren (aan de andere kant van ut meer.) We kregen papieren om in te vullen terwijl de douanier onze papieren controleerde. Als een schoolmeester zat hij net iets hoger dan ons en schudde hij neerbuigend zijn hoofd bij het nakijken van Jan’s formulier. Hij vond Jan’s handschrift dusdanig onleesbaar dat hij elk woord doorstreepte om het er opnieuw bij te schrijven. Om het plaatje compleet te maken kreeg ik onder mijn formulier enkel een krul. We hebben er ontzettend om gelachen toen we weer verder reden.

We mogen weer door

Vervolgens kwamen we erachter waarom deze weg niet zo vaak gebruikt wordt. (Normaal gesproak is ut chilieense stuk weag noar de grens ruk maar dit kier waar ut andersum) We belandde namelijk op een onverharde weg van zo’n 80 km met overal kuilen waarop Jan maximaal 20 km/u kon rijden. Met de warmte erbij best uitdagend, gelukkig besloot Jan halverwege Bob Marley op te zetten en zich over te geven aan het moment tot we het einde van de weg zouden bereiken. (Frenkie heat rotsen motte ontwijken, stein groeter dan miene kop ware normaal. 80 kilometer is normaal max 2 oar rieje. Dan hesse hus en duuse 4 oar euver 80 kilometer! 4 oar! De ware echt wel wat zen momentjes te vinden maar als emus nog us richting chili wilt rieje in de buurt van Chili Chico of Perito Moreno, vermijd dat Ruta 45. Google zeat 2 oar maar det redse allein met unne vrachtwagen of unne hummer. Bload, zweit en troane kost ut en dan komme we vlak noa zonsondergang aan in Perito Moreno en parkieren we os beej ut tankstation. Zoe en nou bear).

Schaduw

‘s avonds belandde we volledig gesloopt bij een tankstation ter hoogte van Perito Moreno aan de Ruta 45, die daarnaast fungeerde als een truckersbar. Het feit dat ik daar binnen liep als blonde vrouw zorgde al voor veel bekijks, maar dat we ook nog plaats namen aan de bar om een biertje te drinken vonden ze best interessant. Zelfs het vrouwen toilet werd er speciaal voor open gemaakt, voor de nacht.

1 t/m 3 februari onderweg naar Puerto Montt

Deze dagen was het vooral kilometers vreten. (en dan metein de ierste daag weer keihard fout rieje. Heej stuit ut neet allemoal goad aangegeave en de weag spilts gewuun op. Als we vruug in de ochtend aan ut rieje zien velt ut op det we recht op de zon aafrieje terwiel we eigelik de zon van opzie motte hebbe. Jaaha, dankzij de zon weite we det we fout zitte en dreije we um, um vervolgens noa un half oar de juuste aafslaag te pakken. Neet de 40 noar 26 maar weer teruuk op de 40. De 26 hadde we al gehad op de hearreis richting Ushuaia) Jan had twee houten paaltjes gevonden waardoor we weer in de auto konden slapen dus we reden door tot het donker was, om de auto om te bouwen te eten en te slapen zodat we de volgende dag weer vroeg konden vertrekken. Hoewel we ons prima vermaakte met Ruud’s 666 playlist, Milky Chance, George Ezra en Armand een paar vermoeiende dagen. De volgende avond bereikte we Villa La Angostura waar we achter Tinto Bistro op de parkeerplaats sliepen. In dit vreselijk toeristische dorp, opzich zegt het feit dat de kerstman er het hele jaar door zit al wat, besloten we een café op te zoeken voor een pilsje en Wifi om uit te zoeken waar we de volgende dag wilde gaan slapen. Ondertussen hadden we wel weer zin om onze benen te strekken en een douche te nemen.

Op schoot bij de kerstman

3 t/m 5 februari Puerto Montt

Gelukkig was het laatste stukje niet meer zo ver, dus we konden op tijd naar Hostal Lagunitas wat Jan had uitgezocht om nog de laatste dingen te regelen omtrent de auto. (ouk beej deze grenseuvergang werden de houte pulkes weer ingenoame. Maar wal met de oetleg det der unn tor in ut hout ken zitte. Maar neet getreurd, onderweag heb ik weer unnen stronk van de weag getrokke zoedet Pleun in Frenkie ken sloape als det nüdig is). Zo hebben we 3 garages gehad omdat we dachten dat er een technische storing zat in één van de voorlampen, maar we bleken 3 verschillende kapotte lampen bij ons te hebben, dus dit was gelukkig erg makkelijk opgelost (ik veulde mich wal unne kneus maar ut is opgelost. Heej in Chili is ut neet zoe van zelfspreake desse diene auto beej un garage kens stalle en dette dan gemaakt wuurd. Nea idderein heat zien specialiteit dus vanwege un kapotte lamp kense noar twie verschillende garage motte rieje umdet de ein elektricien en de andere veur ut lempke).

De lampjes

Daarnaast wilde ik een Podor als Jan weg ging. Gezien de auto op Jan’s naam staat mocht ik er namelijk officieel niet mee rijden zonder dat Jan in de buurt was. Wat ik toch niet zo’n fijn idee vond wetende dat ik binnen een paar dagen het vaste land zou verlaten om naar Chiloé te rijden. Zodoende besloten we een Podor op te laten stellen waarin Jan mij toestemming geeft om in zijn auto te rijden voor een half jaar. Dit moest natuurlijk wel weer notarieel vastgelegd worden dus we sloten aan in de lange wachtrij van het notariskantoor. Gelukkig zag de grote baas ons op een gegevens moment zitten dus werden we er tussenuit gevist en kregen we de VIP behandeling om de Podor te regelen (aardige minse doar in Puerto Montt). De dagen in Puerto Montt waren zo vooral veel geregel en gedoe, zo mochten we zelfs op de ochtend voor vertrek nog even de olie van Frenkie laten verversen zodat we nèt op tijd aankwamen op het vliegveld waar we afscheid van elkaar namen. (Ik heb Pleun in un prachtige aafgeleage hotel achtergeloate, goaie verbinding met de stad, prefect wifi, heerlijk ontbijt, vriendelijk minsen, un hundje det euver de nate oetgehange tent pist, welke os nog lang aan Puerto Montt herinnerd heat en Frenkie’s alarm det um de twie telle aafgeit aangezeen hea mich mist. Ut stuk euver ut hotel is trouwens un bietje grootspraak. Ut waar echt dramatisch. Sorry Pleun, Gelökkig meugse de was nog doan. Hoije!) Van je liefde moet je het hebben.

Panda Uitzicht op de stad Adios

4 Reacties

  1. Erik Peperkamp:
    8 juli 2021
    Mooie verlatenheid!
  2. Ger:
    8 juli 2021
    Leuk om te lezen. Zijn weer op de hoogte. Kunnen jullie nog lang op teren.
  3. Anita peijzel v,t Santstraat Nijmegen:
    9 juli 2021
    Wat leuk om weer een reisverhaal van jullie te ontvangen. Lieve Jan & Pleun. Ik vroeg mij al af of jullie er nog steeds waren. Liefs Anita uit Nijmegen
  4. Elisa:
    9 juli 2021
    Tjonge zo hoor je toch weer nieuwe dingen terwijl je dacht dat je alles al gehoord had. Heerlijk dit reisverhaal.